Toen de Democraat Bill Clinton in 1992 president werd, was de Amerikaanse
wapenindustrie ervan overtuigd dat het einde der tijden was aangebroken.
De defensiebudgetten waren onder zijn twee voorgangers, Reagan en Bush
senior, immers tot historische hoogten gestegen. Een Democraat zou de
budgetten zeker verlagen, vreesde men, maar dat viel alleszins mee.
Sterker, Clinton hield de defensieuitgaven op peil. Ook Nederlandse
defensiebedrijven profiteerden daarvan. Maar nu de Democraat Barack Obama de
nieuwe president wordt, is de angst weer terug.
Toegegeven, het kan voor de defensie-industrie eigenlijk alleen maar
minder worden. Want onder George W. Bush volgde uitgavenrecord op
uitgavenrecord. In 2006 waren de uitgaven gestegen tot 535 miljard dollar.
Acht jaar eerder, onder Bill Clinton, gaven de Verenigde Staten de helft van
dat bedrag uit aan defensie.
Bush had extra geld nodig voor de financiering van de oorlogen in Afghanistan
en Irak. Daar profiteerden Nederlandse bedrijven van.
In 2003 schoot de export van defensiemateriaal naar Amerika omhoog. In
dat jaar vielen de VS Irak binnen en de Amerikanen hadden een sterke
behoefte aan munitie en onderdelen.
Daar is Nederland sterk in: hoogwaardige onderdelen voor defensie-apparatuur.
Grote wapensystemen worden hier nauwelijks nog gemaakt. Als toeleverancier
van (vervangings-)onderdelen blijkt de Nederlandse defensie-industrie een
goede, stabiele klant te hebben aan Amerika.
Zoals te zien is op de grafiek
(zie 'In beeld' in het 'Lees meer'-kader, bron: ministerie van Economische
Zaken), schommelt de Nederlandse wapenexport naar de VS al jaren tussen de
50 en 100 miljoen euro. Hogere bedragen, zoals in 2001 (de oorlog in
Afghanistan) en 2003 zijn echte uitzonderingen.
Hogere defensieuitgaven door de Amerikaanse president vertalen zich niet
meteen in hogere orders voor Nederlandse bedrijven.
Dat is de keerzijde van de medaille: er moet op grote schaal veel
wapengeweld plaatsvinden voordat Nederlandse bedrijven benaderd worden voor
een grote aanvulling van de voorraden.
Alleen dan stijgen de exportcijfers naar landen als de VS exponentieel.
In Nederland leveren iets meer dan 200 bedrijven producten en diensten
die door een krijgsmacht gebruikt kunnen worden voor oorlogsvoering, of de
voorbereiding daarop.
Dit gaat van civiele software en bouw- en ingenieursprojecten (Arcadis) tot
kogels, granaten, snelvuurkanonnen en radarsystemen (Thales Nederland, het
voormalige Hollandse Signaal Apparaten) tot militaire elektronica (Stork)
tot kogelvesten (Ten Cate).
Naar verwachting zal de export van een aantal bedrijven overigens onder Obama
enigszins toenemen dankzij de Nederlandse medewerking aan het Amerikaanse
Joint Strike Fighter project.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl